Fossielen

Fossielen zijn versteende resten van vaak planten of dieren uit de Prehistorie. Daaraan kunnen wetenschappers  zien hoe lang geleden dat dier of plantje daar geleefd heeft. Bijvoorbeeld: een mug is in het sap van een boom gekomen en zit vast en komt niet meer los. Dan gaan er heel veel jaren voorbij en wordt het hard. Wat je dan over houdt is een versteende mug. Dat is dan een fossiel geworden.

Hoe oud zijn de oudste fossielen?

De oudste fossielen die ooit zijn gevonden in Nederland zijn ongeveer 3,5 miljard jaar oud. De oudste fossielen van de wereld zijn ongeveer 545 miljoen jaar oud.  Bijvoorbeeld: een schelp ligt op de bodem van de zee en na miljoenen jaren komt er een slijmlaag overheen en de slijmlaag word een poel en de poel met zand wordt hard en dan ontstaat er een fossiel.

Hoe ontstaat een fossiel?

De meeste fossielen komen uit dieren of planten. Ze ontstaan als ze niet opgegeten zijn of weggerot zijn. De meest makkelijke manier waar een fossiel kan ontstaan is in de zee.
Er moet dan wel snel een laag klei of zand overheen komen. Anders kan het alsnog opgegeten worden. Als die laag klei of zand er overheen komt dan kan er ook geen zuurstof meer bij.
Door zuurstof rot het sneller weg of verteert het sneller. Als er geen zuurstof bij kan komen dan verandert het plantje of diertje in steen en wordt het een fossiel.

schooltv.nl/video/fossielen-versteende-dieren-of-planten/#q=fossielen

Ooit was er een mosasaurus die is doodgegaan en naar de bodem van de zee gezakt.  De haaien hebben het vlees er af gegeten.
Archeologen hebben ontdekt dat de haaien hem hebben opgegeten, omdat er krassen en schrammen op de botten zaten.
En er lagen haaientanden bij.
Het skelet komt onder een laag slib (modder) te liggen. Er komt steeds meer slib overheen.
De onderste laag wordt dan hard. Dat verandert dan in steen.Dat grote stuk steen is na miljoenen jaren door de beweging van de aardkorst naar boven geduwd. En hij is uiteindelijk gevonden door mensen die in de Sint-Pietersberg gingen graven.
Een fossiel kan ook ontdekt worden, omdat het steen er vanaf slijt, afbrokkelt of dat het er af wordt geblazen.

Zeester fossiel
Een zeester leeft op de bodem van de zee of op een steen of in het koraal. 
Als er zand over de zeester komt dan wordt dat zand bezinksel en dat bezinksel wordt hard dan is het steen. Als je het  dan vindt dan is het een fossiel.

 

 

Zee-egel fossiel
Een zee-egel  is een stekelig dier. Als een zee-egel dood gaat vallen allen stekels er af en vergaan.
De huid en het vlees vergaat of word opgegeten door een zeeroofdier. Dan blijft alleen het binnenste over en den heb je een fossiel.

Ammoniet
Een ammoniet is een ronde schelp die je in verschillende maten kan vinden. De grootste ammonieten die zijn gevonden,
zijn zo groot als de band van een vrachtwagen.